donderdag 31 mei 2012

Muziekles

Muziekles kleuters

Koppeling aan de theorie
Les aan de hand van bladzijde 37 uit Eigenwijs. Het liedje wie niet lopen wil.

Ik vond het erg lastig om een muziekles te geven bij de kleuters. Dit was namelijk mijn eerste keer muziek bij deze klas. Ondanks dit is muziek voor kinderen een ontzettend leuk vak dus had ik mij erg goed voorbereid.
Ik had alle muziekinstrumenten zoals een djembe, xylofoons,handtrommels en sambaballen klaargelegd. Ook de muziektrack stond goed. De kinderen zaten in de kring en ik zong het liedje voor. De kinderen wilde al heel erg snel op de muziek gaan bewegen. Volgens Eigenwijs is bewegen en muziek onlosmakelijk met elkaar verbonden bij kleuters. (Haverkort,Van der Lei, Noordam,2010,p 21) Kinderen willen heel graag bewegen. De liedjes zijn hier vaak erg geschikt voor. In mijn les ging het over lopen, springen, dansen enz. De kinderen mochten dit na het instuderen van het liedje zelf uitkiezen. In mijn les heb ik veel gehad aan het kvb-model Haverkort,Van der Lei, Noordam,2010,p 23. Door dit model kon ik goed nagaan of dit een goede muziekles was. Ik probeerde elk onderdeel hierin voor te laten komen. Dus klank,vorm en betekenis. Voor klank heb ik gekozen om met ritme te werken. Ik wilde graag dat de kinderen een ritme leerde horen in een liedje. Ook vroeg ik aan de kinderen, wat is een ritme? De klankkleur werd sterk bepaald door de instrumenten. De kinderen hadden nooit gewerkt met instrumenten, daarom was dit erg interessant. Met de V van vorm heb ik mij niet zo bezig gehouden begrippen als herhaling en variatie zijn erg moeilijk voor kinderen. Bij deze les ging het dus erg om de Klank. Betekenis heb ik gedaan met praktische functies, de kinderen konden dus op de muziek bewegen en dansen.

Verder heb ik de instrumenten vrij aangeboden. Mijn rol als leraar is altijd erg centraal in de onderbouwgroep. Ik wilde alleen dat de kinderen zelf gingen ontdekken. Wat was dit nou? Wat voor geluid maakt dit instrument? De kinderen dus heel erg laten ontdekken. Het was voor mij erg leuk dat ze met de instrumeten nooit hadden gewerkt. Op die manier was het erg aantrekkelijk voor ze. Haverkort,Van der Lei, Noordam,2010,p 234)

Ter afsluiting wil ik het hebben over de kwaliteit van de zang. Mijn mentor had mij erg geholpen door te zeggen dat de kinderen eerst goed moeten luisteren. Daarom zong ik het lied wel 5x voor. Hierdoor ging het vanzelf dat de kinderen mee gingen zingen. Ook dit hebben we weer herhaald. Toen ging ik luisteren naar de kinderen. Ik hoorde dat ze de tekst goed hadden opgepikt van het liedje. Ik merkte wel dat de toonhoogte van kleuters van veel hoger ligt. Hun stemmetjes zijn ook nog veel hoger. Hierdoor moest ik mijn stem ook aanpassen. Dit ging erg goed omdat ik dit vanaf het begin al deed.

De eerste bron was eigenwijs
De andere twee bronnen waren muziek meester. Deze beide boeken komen uit 2010 en zijn door dezelfde auteurs geschreven.



Hieronder vindt u mijn lesvoorbereiding.



 Lesvoorbereiding

Naam
Leonie Pos
Groep
1H
ICO
(Stagebegeleider)
Johan Vedder
Praktijkschool
Rehobothschool
Groep
1/2
Mentor
Francisca Duijts
Activiteit
Muziek:ritme
Datum
23-2-2012

Leerpunten student
1.      Betrekken van alle kinderen (comp. 1)
2.      Duidelijk aangeven wat ik van de leerlingen verwacht (comp. 1)
3.      Orde houden (comp. 1)

Verantwoording (waarom ga je dit doen)
Beginsituatie
Beschrijf wat de leerlingen al weten, of ze er wel eens mee te maken hebben, welke leerlingen problemen hebben met dit onderwerp of met de werkvorm, …
De kinderen hebben nog nooit met muziekinstrumenten gewerkt. En zullen het daarom heel erg intressant vinden en heel erg enthousiast zijn.
De leerlingen zingen vaker maar, een aantal van de kinderen zingt niet mee.
Doelstellingen
Wat moeten de leerlingen aan het einde van de les geleerd hebben? Formuleer je doelen SMART.
  • Kinderen plezier laten krijgen in muziek.
  • Ritme aanleren.
  • Kennis laten maken met instrumenten.

Evaluatie
Benoem van elk doel hoe en wanneer je vaststelt of dit is behaald.
De kinderen krijgen door de bewegingen en de instrumenten lol in de muziek.
Verder moeten ze door de instrumenten goed te gebruiken een ritme aanleren.

Werkwijze en middelen (hoe en waarmee ga je dit doen)
Didactische Werkvormen
Wat doe jij?
Hoe wordt de leertijd gebruikt:
  leerkrachtgestuurd F
F leerlinggestuurd 

 Ik bied een liedje aan zodat de kinderen enthousiast worden voor muziek


De kinderen leren instrumenten in te zetten voor het ritme van een liedje.


De muziek instrumenten en de cd van eigenwijs.



Instrumenten en hun stem.
Leeractiviteiten
Wat doen de leerlingen?
Instructie-middelen
Welke middelen gebruik jij?
Leermiddelen
Welke middelen gebruiken de leerlingen?

Organisatie (Aan welke praktische zaken moet je denken bij de uitvoering; maak eventueel een schets van de ruimte)
Vooraf
Wat moet klaarliggen? Waar kunnen leerlingen spullen zelf pakken?
 De muziek instrumenten. De cd op de goede track.



Als de instrumenten worden geïntroduceerd dan moet ik wel een aantal regels uitleggen. Eerst moeten de kinderen wel de instrumenten onderzoeken.


De instrumenten moeten weer worden opgeruimd. 
Tijdens
Moet de organisatie aangepast worden? Waar leggen de leerlingen hun product?
Na afloop
Zorg een rustige overgang naar de volgende les. Wie ruimt wat op? Waar moeten leerlingen gaan zitten?
Lesopbouw
(wat ga je precies doen)

Keuze lesmodel

Didactische Analyse

Activerende Directe Instructie
x
Ander model, namelijk:

KVB-model
benoem hieronder in de eerste kolom
de fasen die horen bij het gekozen lesmodel
Aanvullende vakdidactische eisen
·         Klank
·         Vorm
·         betekenis
DA
ADI
1 Inleiding

2 Kern

3 Afsluiting
1 Terugblik
2 Oriëntatie
3 Uitleg
4 Begeleide inoefening
5 Zelfstandige verwerking
6 Evaluatie

continu: REFLECTIE

lesfase
tijd
activiteit

inleiding




kern















Afsluiting





Ik vertel de kinderen dat we vandaag op een hele bijzondere manier een liedje gaan leren.  En dat we iets heel bijzonders gaan doen. Hiervoor moeten we wel lekker had meewerken.
 Ik zal het liedje laten horen op de cd eigenwijs en dan track 11. Hierna zal ik her meerdere keren voorzingen. Dit doe ik zodat de kinderen goed geluisterd hebben naar de tekst.

Voor de beweging mogen de kinderen door het lokaal lopen en als het op het liedje word gezongen stil moeten de kinderen ook stil staan. Dan gaan we de woorden vervangen door bijvoorbeeld dansen of springen. Eerst zullen we gewoon beginnen met lopen om dit te oefenen.

 Dan introduceer ik de instrumenten, ik laat de kinderen even herrie maken. Zodat ze de instrumenten kunnen onderzoeken. We bespreken de instrumenten wat voor geluid maken ze en wat is het? Alle instrumenten laat ik langskomen. Hoe klinken ze? Een hoog geluid een laag geluid?

Vervolgens mogen ze op de maat proberen mee te doen met de instrumenten. We beginnen eerst rustig en ook met alleen het begin van het muziekje. Vervolgens als dit lukt gaan we verder met het hele muziekje.

Dan gaan we verdelen de kinderen met de belletje mogen op wie niet tikken wil.
De kinderen met een trommel slaan op wie niet trommelen wil.
En zo verder.
Ik  wissel de instrumenten zodat er meer kinderen aan de beurt komen.  En iedereen erbij betrokken wordt.

Als er nog tijd voor is en de kinderen rustig de opdracht kunnen uitvoeren van lopen door de klas en spelen met de instrumenten. Dan ga ik samen met de kinderen de pasjes doen en tegelijk de instrumenten bespelen. Bij deze onderdelen is de cd niet meer aan, dit is niet meer nodig.



Geen opmerkingen:

Een reactie posten